In de vorige aflevering voegden we een functionaliteit aan onze toiletruimte toe door een op maat gemaakte inbouwkast te bouwen. We monteerden de kast in hetzelfde vlak als het inbouwsas, dat op die manier strak en subtiel weggewerkt zit in een soort valse wand met extra opbergruimte! In deze aflevering nemen we de muurafwerking van het toilet onder handen. We zorgen voor een gezellig coconnetje, door zowel de muren, kast als het plafond in eenzelfde kleur te schilderen. Voor je aan de muurafwerking kan beginnen, moet je er voor zorgen dat alle structurele en stoffige werken uitgevoerd zijn. Dit gaat dus om de installatie van het hangtoilet, de uitbekleding van het inbouwsas en de plaatsing van de inbouwkast. Daarnaast moet de deur van de toiletruimte geïnstalleerd zijn, zeker als je werkt met vlakdeuren, en niet met deurlijsten. Want het kader van dit type deuren moet eerst nog uitbekleed worden met gipskarton, én netjes uitgeplamuurd zijn in meerdere lagen, zodat de deur volledig in de muren opgaat. Pas dan kun je overgaan tot de afwerking van je muren. Start met de uitgedroogde pleister en plamuur van je muren en deur op te schuren, zodat je ondergrond volledig vlak is. En ontstof. Daarna breng je vliesbehang op je muren aan. In principe is dit geen vereiste, maar het geeft je wel een strakker én duurzamer resultaat… In aflevering 23 van Het appartement kun je terugvinden hoe je dit plaatst. Pas na minimum 24 uur mag je het vliesbehang overschilderen, dus dan kun je het vervolg van je muurafwerking gaan doen. Dek de vloer daarvoor eerst zorgvuldig af, zodat je proper kan werken. En haal de kastdeuren weg. Zo kun je de binnenkant van de kast afplakken met schilderstape, om de vaste zichtbare delen netjes met de rest van de ruimte te kunnen meeschilderen. Ook de aansluiting tussen toiletpot en muur plak je af. Doe daarna nog het nodige kitwerk, dit zal je resultaat net dat tikkeltje strakker maken. Alle zichtbare, openstaande naden kun je dus gaan afdichten met acrylaatkit. Dit is lichtjes flexibel en overschilderbaar – eens voldoende uitgehard. Het kitten doe je na het vliesbehang, zo zijn de aansluitingen tussen het vliesbehang en muren of plafond strak afgewerkt. Afplakken is hierbij niet nodig, want er moet toch nog geschilderd worden. Strijk de kit wel glad af, om het overtollige product te verwijderen. Je eindigt de voorbereidingen met een aantal onderdelen weg te halen die in de weg zullen zitten. De drukplaat van het toilet… Het afdekplaatje van de schakelaar… Plak de drukknop zelf wel nog af, zodat die niet beklad wordt. En ook het ventilatieventiel aan het plafond haal je weg… Net als de bewegingssensor van de verlichting. Dit zijn kleine ingrepen, die je het schilderen gaan vergemakkelijken en je heel wat afplakprutswerk gaan besparen. Mocht dit nog niet gebeurd zijn, schuur je het plafond ook nog even op. Als dit goed vlak gepleisterd is, hoef je er geen vliesbehang op aan te brengen. Vergeet niet te ontstoffen. Eenmaal al deze stappen doorlopen zijn en je kitwerk is voldoende uitgedroogd, kun je overgaan tot de eerste verflaag: de primer. Dit lijkt misschien extra werk, maar is een stap die je absoluut niet mag overslaan. Want deze laag zal ervoor zorgen dat je ondergrond optimaal voorbereid is voor de uiteindelijke verflagen. Deze primer hier is geschikt voor hout én pleisterwerk. Super handig, in dit geval, want zo kunnen zowel de kast, omkasting, muren als het plafond met hetzelfde product gedaan worden. Deze grondlaag zal ervoor zorgen dat de zuigkracht van de verschillende ondergronden gelijkgetrokken wordt. Zo krijg je met je afwerklagen een mooie egale dekking en glansgraad over de volledige ruimte. Je werkt best van boven naar onder toe, om druipers te vermijden. Bovendien riskeer je zo minder aan je nog natte verf te haperen. Als je boven je hoofd werkt, kan het geen kwaad om een veiligheidsbril te dragen. Want een verfdruppel in je oog – ook al is het watergedragen verf – heb je liever niet. Aangezien de hele toiletruimte hetzelfde kleur krijgt, begin je dus met het plafond… Daarna kun je overgaan tot de wanden. De basisprincipes voor het verven blijven steeds dezelfde. Je begint met de randen, die je met de borstel doet… Om daarna over te gaan tot de grote vlakken, met de rol. Met een primer kun je trouwens niet enkel de ondergrond egaal zuigend maken… Want als je een aangekleurde versie gebruikt, dan zorgt dit er ook voor dat je minder afwerklagen nodig hebt voor een nette dekking van je muur. Alles in één kleur schilderen heeft naast het visuele aspect nog een ander voordeel… Je hoeft amper af te plakken, aangezien muren, deur en plafond een gelijke afwerking krijgen. Dan kan het geen kwaad om eens met je borstel te aan het naastliggende stuk te haperen! En je hoeft ook geen strakke schildernaden te bekomen. Maar zorg er wel voor dat je proper werkt. Verfspatten kuis je dus best onmiddellijk op. Zelfs op je afgeplakte vloer. Zo vermijd je dat je erin trapt en dit in de rest van je woning of appartement zou verspreiden. Ook de groene MDF die als uitbekleding voor het inbouwsas gebruikt werd, geef je een laagje van dezelfde primer. In principe is dit bij de buitenzijde van de toiletkast niet nodig, omdat je daarvoor voorgelakte MDF gebruikte. Heb je verf genoeg, dan kan het geen kwaad dit ook te doen. Voor de zuigkracht is het niet nodig, maar het geeft uiteraard wel al een eerste kleurlaag… Als de primerlaag droog is, doe je best even een inspectie van het voorlopige resultaat… De naadjes tussen je stroken vliesbehang vul je op dat moment nog uit, zoals we deden bij de muren van de leefruimte. En merk je dat je vliesbehang nog niet voldoende verzadigd is? Schuur dan lichtjes op en geef alles nog een tweede laag primer. Het is ook in deze fase dat je best je vloerplinten plaatst, zeker als je die wil meeschilderen met je muren. Gebruik in dat geval overschilderbare plinten. Die zijn al voorzien van een basislaag en kun je dus makkelijk verven. Maak ze op maat en kleef ze onderaan tegen de muur met een aantal dotten montagelijm. Daarna kit je de naad bovenaan nog op, zodat die proper afgedicht is. Hiervoor gebruik je weer een acrylaatkit. Die is overschilderbaar en kun je dan meeschilderen met je muren. Strijk de overtollige kit glad af met je vinger of een afstrijktool. Respecteer daarna de nodige droogtijd voor je overgaat naar de volgende laag. Voor je daaraan begint controleer je wel nog even de vlakheid. Dan kun je de naden eventueel nog lichtjes bijschuren. Let wel, voor grove schuurwerken is het nu te laat, dat doe je vóór je aan de muurafwerking begint. Werk tijdens het schilderen steeds met voldoende licht om goed werk af te leveren. Een extra spot of werflamp kan wonderen doen! Met twee aangekleurde primerlagen begint de dekking al behoorlijk goed te worden, maar natuurlijk moet je nog 1 à 2 afwerklagen aanbrengen. In dit geval kiezen we voor een watergedragen lakverf. Voor een toilet is dit zeker een goeie keuze. Want ze is krasvast en afwasbaar, en zal dus zorgen voor een duurzaam mooi resultaat. Het is belangrijk om je verf steeds nat in nat aan te brengen. Werk dus in kleinere vlakken, ook voor het aanbrengen van de verf aan de randen. Het is daarom beter om niet bij te hoge temperaturen te schilderen, want je verf zou te snel drogen. Kwalitatieve verf heeft wel een lange open tijd en een goeie vloei, dat zal je zeker helpen een naadloos resultaat te bekomen. Bovendien heeft die ook een hoge dekkracht. Dus als je de lakverf in een mooi volle laag aanbrengt en mooi gelijkmatig uitrolt, zal je eerste eindlaag meteen al een stuk afgewerkter ogen. Want laag per laag zet je een stap richting een egaal eindresultaat. Een goede verfrol is daarbij natuurlijk eveneens belangrijk. Gebruik een exemplaar geschikt voor lakverf en vervang die tijdig. Merk je bijvoorbeeld te veel losse pluisjes – op je rol of in je verflaag – dan is hij rijp voor de vuilnisbak. Na één afwerklaag zal je kunnen inschatten of er nog een tweede nodig is. Respecteer dan de nodige droogtijd voor je die aanbrengt. In elk geval moet je na je laatste laag de afplaktape verwijderen, terwijl de verf nog nat is. Want door de tape weg te halen wanneer de verf op de tapenaad zacht is, zal je een mooi strakke lijn bekomen. In deel twee van deze aflevering leggen we de laatste hand aan de schilderwerken in het toilet. Want ook de kastdeuren… de deur… en het ventilatieventiel… moeten nog geschilderd worden om het plaatje compleet te maken. Eens alles droog is, installeren we alle onderdelen terug ter plaatse. In deel één van deze aflevering namen we de muurafwerking van het toilet onder handen. We zorgden voor een gezellig coconnetje, door zowel de muren, kast als het plafond in eenzelfde kleur te schilderen. In deze aflevering leggen we de laatste hand aan de schilderwerken in het toilet. Want ook de kastdeuren… de deur… en het ventilatieventiel… moeten nog geschilderd worden om het plaatje compleet te maken. Eens alles droog is, installeren we alle onderdelen terug ter plaatse. De muren en het plafond pakten we al aan. Wat je natuurlijk niet mag vergeten is het schilderen van je kastdeuren. Die haalde je al af en kun je ook los het makkelijkst net afwerken. Maar om een zo onberispelijk mogelijk resultaat te bekomen, moet je nog een aantal dingen checken. Ten eerste: zijn er geen beschadigingen aan je deuren? In principe kun je dit snel herstellen met gewone plamuur, maar een polyesterplamuur lijkt een duurzamere oplossing. Eens droog, geeft dit een heel hard resultaat. Meng de 2 componenten volgens de juiste verhouding met elkaar… tot het een mooi homogene pasta is. Zodat je daarmee dan het gat of de beschadiging kan bijvullen. Strijk zo glad mogelijk af. Door de verharder in de pasta is die niet erg lang soepel verwerkbaar, werk dus vlot door. Na het drogen – check hiervoor de droogtijd op de verpakking – schuur je de uitgevulde delen op met korrel 100. Controleer dan of je een vlak resultaat hebt. Is dit niet het geval, dan doe je eventueel een tweede bijvulronde. Je vult beter een beetje te veel, dan te weinig. Het overschot kun je nog wegschuren als het droog is. Kuis het gebruikte materiaal direct af, want deze polyesterplamuur koekt heel snel aan. Naast het opstoppen van eventuele gaten, moet je ook nog even nadenken over de afwerking van de kopse kanten van je deuren in MDF, want deze kunnen behoorlijk zuigend zijn. Doordat deze zaagkanten heel poreus zijn, kunnen ze sneller een slordige indruk geven bij het afwerken. Denk dus na of en hoe je deze wil voorbehandelen om een strakker resultaat te bekomen. Wij deden een vergelijkende test met een paar producten die we voorhanden hadden. Met behulp van 4 reststukken MDF konden we zo nagaan welke methode het beste resultaat geeft. Bij staal 1 doen we helemaal niets. We schilderen dus rechtstreeks met de afwerklak op het blote kopse hout. Tijdens het schilderen zelf is al duidelijk hoe zuigend de ondergrond is, en zie je de vezels van het hout rechtkomen. Voor methode 2, gaan we de kopse zijde eerst lichtjes opschuren. Je ziet al meteen een gladdere ondergrond verschijnen, wat ervoor pleit dit steeds te doen. Daarna brengen we een plamuur aan waarmee we dus gaan vullen en egaliseren. Dit kan een algemene afwerkplamuur zijn, maar ook een specifieke hout- of MDF-plamuur is mogelijk. Breng hiervan een dun laagje aan en strijk glad af. De derde test doen we met primer. We schuren weer eerst op en brengen dan een laag primer aan. Zorg dat die geschikt is voor hout. Die zou de ondergrond al deels moeten verzadigen en dus ook de zuigkracht moeten egaliseren. Als laatste gaan we houtlijm gebruiken. Hiermee dichten we het kopse hout als het ware af, wat in theorie tot een gladder resultaat zou moeten leiden. We laten alle staaltjes drogen en bekijken dan het resultaat na één handeling. Het rechtstreeks geschilderde teststuk is nog heel ruw. Terwijl de geplamuurde variant veel gladder en zachter is. Wanneer we er het geprimerde stuk bijhalen, dan zien we dat het resultaat minder ruw is dan bij stuk 1. Je kan zien dat de randen verzadigd zijn, maar de kern van de plaat nog niet. Nog een extra primerlaag zou dus misschien wel aangewezen zijn. Bij het vierde staal zien we dat de houtlijm volledig in de MDF gedrongen is, waardoor die al een stuk gladder aanvoelt. De extra tussenstappen geven dus nu al een beter resultaat, maar om goed te kunnen vergelijken, gaan we er een verflaag op aanbrengen. We schuren de voorbereidingslaag daarbij eerst op… En schilderen dan een laag lak, dezelfde verf die we in het toilet voor de kast gaan gebruiken. Een overzicht na deze afwerklaag leert ons dat de met houtlijm en de onbehandelde variant ons de slechtste uitkomst geven. Testplankje drie, met de primer, geeft een beter resultaat… Terwijl staal 2, met de plamuur, er het best uitziet, en mooi glad oogt. We besluiten om nog eens op te schuren en nog een tweede verflaag aan te brengen, voor een definitief uitsluitsel. Dit bevestigt onze eerste bevindingen. De met plamuur behandelde kopse kant geeft het beste resultaat. Gevolgd door de primer. Met deze kennis in het achterhoofd kun je de kastdeuren afwerken. Het gaat om voorgelakte MDF, dus aan de grote vlakken hoef je niets meer voor te bereiden. De kopse kanten behandel je met een laagje plamuur. Haal dan de scharnieren weg en schuur het geheel op. Zowel de vlakke delen, als de uitgeplamuurde kopse zijdes. Aan voor- én achterkant. Vergeet zeker niet te ontstoffen! Door de deur los te maken, heb je niet veel afplakwerk te doen. Enkel het magneetplaatje van het druksysteem moet je afdekken. Kleef er een stuk schilderstape overheen en ga er dan met een mes langs, om de overtollige tape weg te snijden. Zo is alles klaar om de eerste afwerklaag te schilderen. Gebruik dezelfde lakverf, in hetzelfde kleur, als de rest van het toilet. Die is dus geschikt voor gebruik op verschillende ondergronden en maakt het je gemakkelijk. Rol de verf goed uit. De laag moet voldoende dekkend zijn, zonder dat je druipers hebt. Rol uit in verschillende richtingen, voor een zo streeploos mogelijk resultaat. Leg je deurpaneel op een paar stukken hout, zodat je vlot de kopse kanten kan schilderen. Laat voldoende drogen, om dan de achterzijde te kunnen doen. Controleer op de verpakking na welke tijd de verf overschilderbaar is. Respecteer deze droogtijd en schuur de eerste laag dan lichtjes op. Het is hierbij niet de bedoeling dat je verf wegneemt, maar dit dient enkel om kleine oneffenheden weg te halen en komt je hechting ook ten goede. Ontstof… En breng dan de tweede afwerklaag aan. Doordat hier geen primer nodig was, zal je zelf moeten aftoetsen of deze twee kleurlagen voldoende zijn. Bij een donkerdere kleur als deze is het mogelijk dat je nog een extra laag zal nodig hebben voor een naadloos dekkend resultaat. Bekijk je afwerking eens vanuit verschillende hoeken om te beoordelen of het er egaal uitziet. Voor de binnenkant van de toiletdeur ga je op dezelfde manier te werk. Voor je begint te schilderen kan het hierbij wel nuttig zijn die eerst nog even te ontvetten, zodat je verf overal voldoende hecht. Daarna pak je het op dezelfde manier aan als de kastdeuren om de verschillende afwerklagen te doen. De hele toiletruimte is zo in hetzelfde kleur afgewerkt. Wat nog zal bijdragen aan het totaalplaatje is het schilderen van het ventilatieventiel. Zo zal dit subtieler in de ruimte geïntegreerd zitten, zeker met het donkere plafond. Begin met de achterzijde van de afdekplaat af te plakken. Het is heel belangrijk dat dit grondig en secuur gebeurt, want je moet het ventiel achteraf nog steeds kunnen draaien en bijregelen. De te schilderen delen schuur je dan eerst nog wat op. Want door het plastic wat ruwer te maken, zal de verf er zich beter op hechten. Ontvet het oppervlak daarna met een mengsel van water en ammoniak. Een eerste belangrijke stap richting een nette uitkomst is dan uiteraard de grondlaag. De primer die we hier gebruikten om de muren, kasten en deur mee af te werken, is ook geschikt voor kunststof, handig toch?! Alle moeilijk te bereiken hoeken en kantjes doe je met de borstel. De rest doe je met de rol. Na de nodige droogtijd schuur je deze laag dan op. En na het ontstoffen kun je overgaan tot de eerste afwerklaag. Enkel de zichtbare delen van het ventiel moeten in principe geschilderd worden. Laag per laag zal de kleurdekking egaler worden. En ook zachtjes uitrollen met de verfrol zal je helpen een streeploos resultaat te bekomen. Met één gekleurde primerlaag en twee eindlagen geef je het ventiel zo hetzelfde kleur als de plafondafwerking. Eens al je geschilderde items droog zijn, kun je ze terug op hun plaats installeren. Verwijder de tape van het ventiel en bevestig alle onderdelen weer aan elkaar. Als je goed afgeplakt hebt, zou je zonder problemen het ventiel nog moeten kunnen bijregelen. Daarna hoef je het enkel terug ter plaatse te steken. En ook de kastdeuren herbevestig je aan de kast. Schroef de scharnieren eerst vast… En verwijder de schilderstape van het magneetplaatje. Eens de deuren terughangen controleer je nog even de positie, en regel je de scharnieren bij waar nodig. De groene cocon, die ons kleinste kamertje geworden is, is zo klaar. In de volgende aflevering gaan we de toiletruimte verder inrichten. We installeren een praktische handenwasser voor de hygiëne. En zorgen voor wat extra decoratie met een zelfgemaakte spiegel!